
Deze week hield de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE) online een tweedaagse conferentie gericht op mensenrechten, genaamd een Supplementary Human Dimension Meeting. Tijdens de eerste sessie van de bijeenkomst, die plaatsvond op Internationale Vrouwendag, zei Lillie Ashworth, Advocacy Officer van Humanists International, gaf een verklaring over sociaal-culturele barrières die de 'gender digitale kloof' versterken.
Ze sprak over hoe “vaak de barrières [waarmee vrouwen] worden geconfronteerd om online te gaan, indicatief zijn voor bredere schendingen van rechten, zoals het onderworpen zijn aan het mannelijke voogdijsysteem of andere niet-geïnstitutionaliseerde, maar even onderdrukkende vormen van toezicht en misbruik.”
Met verwijzing naar die van Humanists International humanisten die risico lopen, casework-programmasprak ze over hoe de mogelijkheid om online met anderen in contact te komen een reddingslijn kan zijn voor ‘humanisten en iedereen die hun geloof in twijfel trekt binnen een diep conservatieve of religieuze samenleving’, en hoe, zonder gelijke toegang tot internet, ‘vrouwen verstoken blijven van de mogelijkheid om toegang te krijgen tot informatie die het potentieel heeft om hun leven radicaal te veranderen.”
In dezelfde sessie viel een vertegenwoordiger van de anti-abortusorganisatie ADF International bufferzones (of ‘censuurzones’ in hun terminologie) buiten abortusklinieken aan vanwege ‘het ondermijnen van de vrijheid van meningsuiting’. Ashworth weerlegde deze verklaring krachtig in haar interventie, met het argument dat er een verschil is tussen oprecht protest en de intimidatie van individuen die essentiële medische zorg zoeken in de vorm van abortus, en dat het recht op vrijheid van meningsuiting niet op deze manier mag worden verstoord.
Haar De tweede interventie ging over de manier waarop de opkomst van het rechtse populisme een cultuur van online geweld tegen vrouwen in de journalistiek heeft aangewakkerd. Rechts populisme is als politieke kunstvorm “gespecialiseerd in demonisering van de media, agressief vrouwonvriendelijke verhalen en versterking van strikte genderstereotypen”, zei ze.
Aan de hand van voorbeelden uit twee OVSE-staten, de Verenigde Staten en Turkije, pleitte zij voor meer onderzoek naar de manier waarop anti-gender-populistische bewegingen online geweld faciliteren door de normalisering van discriminerende retoriek en het terugdraaien van de vrouwenrechten.
Ze concludeerde dat “het cumulatieve effect van onlinegeweld de gelijkheid van vrouwen, hun vrijheid van meningsuiting en hun vermogen om deel te nemen aan het openbare leven en het democratische debat tenietdoet”.
Tijdens de bijeenkomst bagatelliseerden verschillende vertegenwoordigers van staten en NGO's de genderdiscriminatie in hun land, met het argument dat “vrouwen niet worden onderdrukt vanwege hun geslacht” (Azerbeidzjan), of dat “onze grote president gendergelijkheid waarborgt” (Tadzjikistan).